Spring naar inhoud

Waardeoverdracht kleine pensioenen

Het (demissionaire) kabinet vindt het van belang dat pensioenuitvoerders de administratieve lasten die gepaard gaan met kleine pensioenen kunnen blijven beperken. Aan de andere kant zouden pensioenen zoveel mogelijk hun pensioenbestemming moeten behouden. Bij afkoop vervalt die pensioenbestemming. Het voorstel is daarom om het recht op afkoop te vervangen door het recht om kleine pensioenen over te dragen aan de nieuwe pensioenuitvoerder van de betrokken deelnemer.

Pensioenuitvoerders hebben op grond van de Pensioenwet onder bepaalde voorwaarden de mogelijkheid kleine pensioenen (in 2017 pensioenen lager dan € 467,89 per jaar) twee jaar na afloop van de deelneming af te kopen. De waarde van het pensioen wordt dan in één keer uitbetaald aan de gerechtigde en de pensioenaanspraak verdwijnt uit de pensioenadministratie van het fonds. Op die manier kunnen de administratieve lasten van kleine pensioenen bij pensioenuitvoerders worden beperkt.
 

Het conceptwetsvoorstel

In het conceptvoorstel wordt het recht op afkoop na het einde van de deelneming vervangen door de bevoegdheid van de pensioenuitvoerder om – zonder bezwaarmogelijkheid – de kleine pensioenaanspraak over te dragen naar de nieuwe pensioenuitvoerder. Ontvangende pensioenuitvoerders kunnen een dergelijke overdracht  niet weigeren. De uitvoerder waar de kleine aanspraak is geadministreerd, gaat bij het Pensioenregister na welke uitvoerder de nieuwe uitvoerder van de betrokkene is. Als er nog geen nieuwe uitvoerder is, moet de pensioenuitvoerder jaarlijks nagaan of er inmiddels wel een nieuwe uitvoerder is. Verder zal een opschorting bij onderdekking (een beleidsdekkingsgraad lager dan 100%) niet gelden voor de overdracht van kleine pensioenen.

Internetconsultatie

Een eerste uitwerking van deze voorgenomen wetgeving heeft het kabinet in een conceptwetsvoorstel[1] gevat, waarop online gereageerd kon worden. Verwacht wordt dat het definitieve voorstel rond de zomer wordt ingediend bij de Tweede Kamer.

Zoals gezegd vervalt in het voorstel het recht van afkoop van klein pensioen na het einde van de deelneming. In plaats daarvan krijgt de pensioenuitvoerder de bevoegdheid – niet de verplichting – om de waarde ervan over te dragen naar de nieuwe pensioenuitvoerder. Als van die bevoegdheid gebruik wordt gemaakt, dan moet de pensioenuitvoerder daarbij het wettelijke grensbedrag hanteren. Dus alle kleine pensioenen lager dan € 467,89 (2017) worden dan overgedragen. Het is dus niet toegestaan om van een lager bedrag uit te gaan.

  • Oude gevallen

Het uitgangspunt in het conceptwetsvoorstel is dat overdracht van kleine pensioenaanspraken alleen mogelijk is voor nieuwe gevallen van kleine premievrije pensioenaanspraken. Het gaat dan om kleine aanspraken van gerechtigden die tot twee jaar voor de inwerkingtreding van de wet uit dienst zijn getreden. Onder meer door de Pensioenfederatie is er bij het ministerie van SZW op aangedrongen de overdracht ook mogelijk te maken voor oudere kleine aanspraken. De afweging om uiteindelijk over te gaan tot overdracht van deze oude aanspraken ligt in dat geval bij het fondsbestuur. Het zal duidelijk zijn dat dit de nodige impact voor pensioenfondsen zal hebben.

  • Pensioendatum

In het conceptwetsvoorstel blijft de mogelijkheid bestaan om op de pensioendatum kleine pensioenen af te kopen. Daar is altijd instemming van de betrokkene voor nodig. Wel wordt in de memorie van toelichting aangegeven dat nog wordt onderzocht of op termijn samenvoeging van kleine pensioenaanspraken vlak voor de pensioendatum tot de mogelijkheden behoort.

  • Hele kleine pensioenen

In het conceptvoorstel is eveneens opgenomen dat hele kleine pensioenen (lager dan € 2 per jaar) komen te vervallen aan het fonds. Voor het vervallen van nieuwe aanspraken is geen besluit nodig, dat is een automatisme. Bestaande aanspraken lager dan € 2 per jaar vervallen alleen als dat in het kader van evenwichtige belangenafweging gewenst is en het fondsbestuur er daarom toe besluit.

Vervolg

Na afloop van de consultatie is een wetsvoorstel gemaakt. Dat wetsvoorstel ligt op dit moment bij de Raad van State ter advisering. De verwachting is dat het wetsvoorstel rond het zomerreces bij de Tweede Kamer wordt ingediend (en daarmee ook openbaar wordt). Het streven van het kabinet is een inwerkingtreding per 1 januari 2018.

TKP zal u na het verschijnen van het wetsvoorstel informeren over de exacte inhoud en de eventuele verschillen met het conceptwetsvoorstel dat ter consultatie is voorgelegd. Met name of overdracht van ‘oude’ kleine pensioenaanspraken mogelijk wordt, is daarbij van belang.


[1] Een ander onderdeel van dit conceptwetsvoorstel betreft het omzetten van opgebouwde pensioenaanspraken naar de fiscale pensioenrichtleeftijd zonder dat daarvoor toestemming van de deelnemer nodig is.