Spring naar inhoud

Verplichte schuldsanering onderneming kan ongunstig zijn

Wanneer een onderneming failliet dreigt te gaan, hebben bedrijfstakpensioenfondsen een sterke positie bij de invordering van achterstallige premies. Een nieuwe wet zou die sterke positie aan kunnen tasten. Deze nieuwe wet is de WHOA, de Wet homologatie onderhands akkoord.

Gevolgen voor bedrijfstakpensioenfondsen

De nieuwe wetgeving, die naar verwachting op 1 januari 2021 van kracht wordt, kan ongunstig zijn voor de premievordering door een bedrijfstakpensioenfonds. Een bedrijfstakpensioenfonds heeft nu namelijk de mogelijkheid via een dwangbevel achterstallige premies in te vorderen. Daarnaast kan een bedrijfstakpensioenfonds een bestuurder van een onderneming persoonlijk aansprakelijk stellen voor niet-betaalde pensioenpremies. En bij faillissement of surseance kan het UWV de betaling van niet-betaalde pensioenpremies gedurende een jaar overnemen. De WHOA heeft als mogelijk gevolg dat bedrijfstakpensioenfondsen deze eenvoudige wegen voor invordering niet meer kunnen bewandelen.

Rechter kan schuldsanering verplichten

In het wetsvoorstel voor de WHOA, dat onlangs aan de Tweede Kamer is aangeboden, staat dat de rechter een onderhands akkoord voor schuldsanering kan goedkeuren. Deze zogeheten homologatie maakt het akkoord verbindend voor álle schuldeisers, ook voor de schuldeisers die er niet mee ingestemd hebben. Voor pensioenfondsen kan dit een dwangakkoord zijn, een belemmering van de mogelijkheid om niet-betaalde premies volledig te innen.

Risico voor verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfondsen

De WHOA kan met name voor verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfondsen gevolgen hebben. Bij een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds zijn immers meestal veel werkgevers aangesloten. Bovendien kan een bedrijfstakpensioenfonds de verplichte aansluiting van een onderneming niet beëindigen wanneer de onderneming niet aan zijn betalingsverplichtingen voldoet.

Valt premievordering onder de WHOA?

Het staat nog niet vast of premievordering door een bedrijfstakpensioenfonds onder de WHOA valt. De WHOA is niet van toepassing op de ‘rechten van werknemers die voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst’. Uit eerdere rechtspraak zou afgeleid kunnen worden dat de premiebetaling onder deze rechten valt. Duidelijkheid hierover is er echter nog niet.

Rechterlijke bevoegdheid kan soelaas bieden

Als de premievordering wél onder de WHOA valt, kan de rechterlijke bevoegdheid de gevolgen voor bedrijfstakpensioenfondsen nog beperken. De rechter is namelijk bevoegd een ‘dwangakkoord’ niet goed te keuren wanneer een schuldeiser aantoont dat hij door een schuldsaneringsakkoord slechter af is dan bij een faillissement. Voor bedrijfstakpensioenfondsen zal dat vaak zo zijn. Want bij schuldsanering neemt het UWV de premiebetaling níet over.

Andere invorderingsmogelijkheden

De WHOA biedt nog een andere invorderingsmogelijkheid: een schuldeiser kan een medeschuldenaar aanspreken op het deel van de schuld dat na schuldsanering niet is voldaan. Deze bepaling kan van toepassing zijn op bestuurders die op grond van de Wet BPF hoofdelijk aansprakelijk zijn voor niet-afgedragen premies.

Duidelijkheid gewenst

Voor bedrijfstakpensioenfondsen is het van groot belang dat er tijdens de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel WHOA meer duidelijkheid komt. De Pensioenfederatie heeft toegezegd zich hiervoor in te spannen.

Contact

Heeft u nog vragen? Of kunnen we u ergens bij helpen? Neem dan contact met ons op. We staan u graag te woord.

Auteur