
Bedragen in ‘transitieoverzicht’ lopen sterk uiteen: zo legt u het uit
Grote kans dat ook uw deelnemers over niet al te lange tijd hun pensioen gaan opbouwen in een solidaire premieregeling (spr). Vlak voor de overgang naar de nieuwe regeling ontvangen ze hun ‘transitieoverzicht’. Dit is een verplicht overzicht met minstens 20 bedragen: nieuwe spr- en oude ftk-bedragen. In dat overzicht valt op dat de bedragen enorm uiteenlopen. En dat roept vragen op. Hoe kunt u die verschillen het beste uitleggen aan uw deelnemers? Wij onderzochten het.
Om aan uw deelnemers goed uit te kunnen leggen wat de verschillen tussen de nieuwe spr- en de oude ftk-bedragen verklaart, is inzicht in die verschillen noodzakelijk. Hier nemen we u mee in onze zoektocht naar de oorzaak van die verschillen, de verklaring die we vonden en hoe we de vertaling naar onze deelnemerscommunicatie maken. Dat doen we hier op hoofdlijnen, waardoor soms vereenvoudiging noodzakelijk is. Een uitgebreide versie van dit verhaal, voorzien van rekenvoorbeelden en meer uitleg, vindt u in de nieuwste PensioenActualiteiten. U kunt uw exemplaar van PensioenActualiteiten 2025 bestellen via Thomas & Brinkman uitgevers.
URM als basis van het transitieoverzicht
In de transitieoverzichten zien uw deelnemers straks – naast een opdeling in nominale en reële bedragen – ook verschillende scenario’s. Die gaan over een toekomst waarin ‘goed weer’, ‘mediaan’ of ‘slecht weer’ de te bereiken pensioenbedragen bepaalt. Deelnemers kunnen met die scenario’s zien op welk bedrag ze per scenario uitkomen. Voorheen gebruikten pensioenuitvoerders hun eigen rekenmethodes om de scenariobedragen uit te rekenen, waardoor uitkomsten onderling vaak slecht te vergelijken waren. Sinds een paar jaar is er de verplichte Uniforme rekenmethodiek (URM). Toch strijkt de URM niet alles glad en zijn er nog altijd verschillen. Met de overgang naar het nieuwe stelsel zijn die verschillen soms zelfs extreem groot.
Met de overgang naar het nieuwe stelsel zijn de verschillen in scenariobedragen soms extreem groot
Uitkomsten van voorbeeldberekening
Om de verschillen goed in kaart te brengen, hebben we een voorbeeldberekening gemaakt. De meeste deelnemers gaan bij de overgang naar het nieuwe stelsel van een middelloonregeling naar een solidaire premieregeling. Voor de voorbeeldberekening werkten we daarom met 9 van deze deelnemers. Ze komen allemaal van hetzelfde fictieve pensioenfonds, vertegenwoordigen 5 verschillende leeftijdsgroepen en zijn actief, slapend of gepensioneerd. Vervolgens berekenden we per deelnemer 6 scenariobedragen: slecht weer, mediaan en goed weer, in de spr én in het ftk.
Dit viel ons op aan de uitkomsten
- Bedragen voor deelnemers in de spr pakken hoger uit dan in het ftk. Vooral in het goedweerscenario. Voor de 30-jarige slaper ligt dat zelfs 400% hoger. Sommige deelnemers gaan er in álle scenario’s, dus ook in slecht weer, op vooruit.
- In de opbouwfase is het verschil tussen goed en slecht weer (‘de waaier’) veel breder in de spr dan in het ftk. Bij de 30-jarige slaper is dat verschil het grootst: 1.400% (in het ftk slechts 170%). Het verschil tussen de waaiers verkleint bij het naderen van de pensioendatum. Voor de gepensioneerde is de waaier in de spr net zo groot als in het ftk.
- De ‘upside’, het verschil tussen goed weer en mediaan, is in de spr voor alle deelnemers groter dan de ‘downside’, het verschil tussen mediaan en slecht weer. In het ftk is dit juist andersom: daar is de upside kleiner dan de downside.
Belangrijkste verklaringen voor de verschillen
Deze uitkomsten hebben we ook voorgelegd aan deelnemers. Zowel wij als de deelnemers kwamen uit op 2 cruciale vragen:
- Waarom liggen de uitkomsten in de spr nóg verder uit elkaar dan in het ftk?
- Waarom is het goedweerbedrag in de spr zoveel hoger dan in het ftk?
De spr mist de dempende werking van de buffers in het ftk
Het eerste antwoord – en de eerste verklaring voor de verschillen – zit ‘m in de aard van de regeling: de nieuwe spr is een premieregeling, de oude een uitkeringsregeling. In het ftk moeten pensioenfondsen een buffer aanhouden om korten te voorkomen. Dat hoeft in de spr niet. In de spr worden uitkeringen daarnaast direct verhoogd of verlaagd, wat zorgt voor meer beweeglijkheid in de hoogte van uitkeringen. Die beweeglijkheid is een belangrijke reden voor het grote verschil tussen goedweer- en slechtweerscenario’s. Hoewel je in de spr wel de solidariteitsreserve hebt die je als een buffer zou kunnen zien, dempt deze de beweeglijkheid op (middel)lange termijn niet.
Fiscale maximering in het ftk zit niet in de spr
Het tweede antwoord en de verklaring voor het hoger liggende goedweerbedrag in de spr, komt vooral door de manier waarop het pensioenbedrag wordt berekend. De toepassing van de URM gebeurt bij een premieregeling als de spr en een uitkeringsregeling (in het ftk) op verschillende manieren. Bij een premieregeling reken je namelijk niet met een aanspraak, maar met kapitaal. Eventuele positieve rendementen worden volledig doorgevoerd in de uitkeringen. In een uitkeringsregeling speelt de dekkingsgraad een grote rol. Vanwege de genoeg-is-genoeg-regel, een fiscale maximering op indexatie, wordt de stijging van de dekkingsgraad in het ftk niét altijd volledig doorgevoerd in de uitkeringen. Dat is de reden voor het grote verschil met de spr.
Met een gesegmenteerde en gelaagde uitleg vergroten wij zoveel mogelijk het begrip en vertrouwen in het nieuwe stelsel
Zo ziet u de verklaringen terug in de transitiecommunicatie
In onze transitiecommunicatie nemen we de 2 verklaringen mee om zo vragen van deelnemers voor te zijn. Bij hun transitieoverzichten vinden deelnemers een gesegmenteerde toelichting op de scenariobedragen. Dat betekent dat we, afhankelijk van de grootte van de verschillen tussen bedragen, een tekst tonen die daarop aansluit.
Ligt het goedweerscenario bijvoorbeeld 4 keer zo hoog als het slechtweerscenario? Dan tonen we deze tekst:
‘Je ziet dat de bedragen volgens de nieuwe regels heel erg ver uit elkaar liggen. Dat komt doordat je pensioen onder de nieuwe regels sneller omhoog en omlaag kan. Want we hoeven minder buffers aan te houden.’
Is het verschil tussen slecht en goed weer kleiner, dan nuanceren we de uitleg. We geven aan dat de bedragen ver – in plaats van heel erg ver – uit elkaar liggen. Dezelfde manier van segmentatie willen we gaan toepassen bij de verklaring over de genoeg-is-genoeg-regel. Afhankelijk van de grootte van het verschil tussen goed weer in de spr en goed weer in het ftk, tonen we dan deze tekst:
‘Ook is het bedrag ‘Als het heel erg mee zit’ volgens de nieuwe regels veel hoger dan volgens de oude regels. Dit komt doordat we volgens de oude regels een bovengrens (wettelijk bepaald) voor pensioen aan moesten houden. Dat hoeft met de nieuwe regels niet meer.’
Deelnemers goed geïnformeerd de transitie in
De overgang van het ftk naar de spr brengt ingrijpende veranderingen met zich mee voor deelnemers. Door de fundamentele verschillen in regelingstype, het wegvallen van de genoeg-is-genoeg-regel en een andere benadering van buffers, ontstaan er grote verschillen in de verwachte pensioenuitkomsten. Als pensioenuitvoerder staat u voor de uitdaging om deze verschillen duidelijk en gedetailleerd toe te lichten – een complexe balans, omdat detaillering ten koste gaat van duidelijkheid. Met een gesegmenteerde en gelaagde uitleg, die aansluit bij de situatie van een deelnemer, vergroten wij zoveel mogelijk het begrip en vertrouwen in het nieuwe pensioenstelsel. En zorgen we ervoor dat deelnemers goed geïnformeerd de transitie in kunnen.
Meer weten over transitiecommunicatie
Wilt u meer weten over onze aanpak van de transitiecommunicatie? Download de lightpaper Het moment van de waarheid: de overgang naar de nieuwe pensioenregeling. Liever in gesprek met een van onze experts over het transitieoverzicht? Neem dan contact op met onze hoofdeconoom Rogier Potter van Loon of consultant pensioencommunicatie Marjan Krol.